Aan dit kratermeer kan een trekking gedaan worden van een uur of 5-6. Het is langs het kratermeer en soms op een smal padje met een afgrond naast. Ik twijfel of ik mee ga, maar het alternatief is wachten en koffie drinken. Dus ik riskeer het maar. We hebben de inca trail ook overleefd. Samen met een aantal dapperen vertrekken we in ijskoude en harde wind. Het eerste stuk gaat redelijk vlot. Het gaat wat omhoog, wat omlaag. Maar er wordt regelmatig gestopt om de adem terug te vinden. Het uitzicht is fantastisch, en naarmate je langer wandelt, wordt het ook warmer en warner. Of komt dat door de inspanning.
Na een dikke 2.5uur wandelen ko,men we in een klein dorje. Rianne voelt zoch niet goed en besluit een taxi te laten bellen. Ondertussen eten we ons luncpakket op. Het duurt een ganse tijd voor dat er een taxi kom. Daar kunnen wij niet op wachten dus met de naam van het hotel en de gsm nummer van Annette blijft Rianne achter en wij beginnen aan het laatste stuk vn de tocht.
Wat dan volgt is een waare hel Het is enkel maar afdalen in de kloof. Langs een belachelijk smal pad en een alles behalve deftig pad. Liesbet blijft bij nmij en zoals echte ecuadoriaantjes (hand in hand) komen we toe waar de greop wacht. En het is nog niet gedaan. Er volgt nog een stuk afdaling. Mijn knieen willen absoluut niet mee en ik sta dan ook echt te bibberen op mijn benen. Eindelijk aat het dan naar omhoog. Dat gaat al een stuk beter. Maar de tocht is lang en zwaar. Ma bijna 6 uur lopen worden we onthaald door de groep die achtergebleven is. Zij zijn al in het hotel. Na een warme douche kikker je helemaal op. Maar de vroegte van deze morgen zit toch in de benen. Ondertussen is ook Rianne en Annette en Wim teogekomen. De groep is weer herrenigd.
Nog wat eten en dan vallen de ogen echt dicht. In de morgen staat er nog een wandeling gepland, maar die laat ik aan me voorbij gaan. Ik heb het evn gehad en wil wat slaap inhalen. Dat lukt aardig, ook omdat ik opgesloten zit in de kaemr. Langs buiten is een grendel en als ze die van buiten toe doen, dan krijg je die van binnen niet open. Gelukkig komt er iemand langs en geraak ik er op tjd uit. Ik maak nog wat fotos, pak mijn rugzak in en tegen dan is de groep ook terug van de wandeling.
We vertrekken weer helemaal ingepakt voor de volgende tocht. Hop naar Lasso. Ligt in de middle of nowhere en je moet een behoorlijke slechte weg over om er te geraken. Onderweg stoppen we nog bij een oude hacienda waar we koffie drinken. Voor ons eigenlijk niet zoveel te zien. Verder naar Lasso om daar dan het dagboek wat bij te schrijven en te eten. Verder kan je hier niks doen. In de morgen vertrekken we weer behoorlijk vroeg richting Riobamba.
We komen rond een uur of 11 aan in het hotel. Snel de koffers op de kamer en dan 2 blokken verderop onze uitrusting passen voor de afdaling van de vulkaan. De fietsen worden getest. We krijgen handschoenen, een bivakmuts en een winddichte broek. We vertrekken trouzwens op 4800 m.
Het busje met de fietsen en de lunch is wat later, dus dat geeft ons te tijd om te avcclimatiseren en te zien hoe het lichaam reageer op die hoogte. Je kan nog verder door naar de 2de berghut op 5000m. Ik voel me redelijk dus ik ga het proberen. Ik ben de laatste van de enekelen die het aandurven. Annette blijft ook constant bij mij. Ik wil het even opgeven, maar je ziet de hut al liggen. Na 45 min naar ademhappen af en toe kom ik toch boven. Alweer een overwinning op mezelf. Echte bikkels zijn we: Hans, Huub, Marjo, liesbet en ik. Wanneer we aan de afdaling beginnen naar de eerste berghut begint het te hagelen/sneeuzen. Gelukkig gaat de afdaling vlotter dan die in de kloof. Ondertussen is ook de lunch geserveerd en doen we krachten op voor de afdaling met de fiets. Enkele mensen hebben enormae last van de hoogte en blijven lijkbleek in de bus. Eens onze uitrusting aan, zijn we klaar voor de afdaling.
